Parelmoer komt van oesters en diverse schelpen, waaronder b.v. de nautilus. Het is een kalkachtig materiaal. De structuur is gelaagd. De parelmoerlaag bevindt zich altijd aan de binnenzijde van de schelp. De iriserende parelmoerlaag is erg aantrekkelijk en wordt daardoor vaak gebruikt bij het vervaardigen van kunstobjecten of gebruiksvoorwerpen.
De verwerking kan het best gedaan worden met water. Het slijpsel dat er af komt is slecht voor de longen. Veel lepelkistjes en theekistjes werden vroeger bekleed met parelmoer. Parelmoer wordt ook gebruikt voor inlegwerk, o.a. bij muziekinstrumenten. Bij strijkstokken wordt de slof altijd afgewerkt met een plaatje parelmoer.
Parelmoer komt in diverse kleuren voor. Het irisparelmoer is prachtig groen gevlamd. Ook rose komt voor of grijs.